Infanteriecompagnie – KFOR

Eenheden  |  Opdracht  |  Locaties  |  Foto’s  |  Gasten op bezoek  |  Bron  |  Het einde

(PANTSER)INFANTERIECOMPAGNIE

 

Commandant:                      Majoor Kaspers

Plaatsvervanger:                 Kapitein de Boer

CA:                                        Adjudant Fridael

 

Hierbij een korte impressie van de Infanteriecompagnie van 1(NL)Geniehulpbataljon KFOR-2. De basis voor deze eenheid werd gevormd door de Alfa compagnie van 17 Pantserinfanteriebataljon uit Oirschot. Onderstaande tekst is afkomstig uit het herinneringsboek van 1(NL)Geniehulpbataljon KFOR-2 en samengesteld door de compagnie zelf.

Voorwoord commandant Pantserinfanteriecompagnie

De A-Tijgercompagnie van het 17e Pantserinfanteriebataljon Garde Fuseliers Prinses Irene kreeg de opdracht om deel uit te maken van het Geniehulpbataljon in het kader van de KFOR-2 missie. De organisatie van de compagnie bestond uit een stafpeloton en twee infanterie pelotons. De opdracht van onze eenheid was om werkzaamheden van het Geniehulpbataljon te beveiligen.

In onze voorbereiding wijzigde onze opdracht van het beveiligen van het Geniehulpbataljon in een operationele onderbevelstelling bij het Duitse Einsatzbataillon 1, de Task Force Prizren met als opdracht de rust en orde handhaving in een eigen gebied van verantwoordelijkheid. Dit gebied lag noord oost van de stad Prizren. Later werd dit een gebied oost van de stad, het gebied noord en zuid van de route LION.

De opleiding van onze compagnie verliep voorspoedig mede dankzij de steun van ons bataljon en de brigade. De nadruk die gelegd werd op het niveau twee heeft zich in de praktijk als juiste keuze bewezen. De opleiding werd dan ook a.d.h.v. deze opdracht opgezet. De eindoefening van onze compagnie werd op de Oirschotse heide en omgeving gehouden. Op de eindoefening bleek dat de compagnie er klaar voor was. De laatste invasiekoorden werden uitgereikt door onze Irene veteranen, hetgeen bij een uitzending gebruikelijk is. De onderdeelsemblemen van het Geniehulpbataljon, werden voor het eerst door de veteranen van het 5e Indië Bataljon uitgereikt. Dit in verband met de traditiehandhaving die ons bataljon heeft met de Prinses Irene Brigade en de Indië Bataljons.

Eenmaal aangekomen in Kosovo op de base van het Geniehulpbataljon, Canauba Hill, in Prizren werd onze Compound “Sumatra” ingericht en werd er gewerkt vanuit de pelotonsbase “Hedel” in Sredska.

Als hoogtepunten wil ik nog vermelden de Internationale samenwerking met de Duitser, de Russen en de Amerikanen. Het deel uitmaken van de KFOR reserve, de inzet van 5B, 5C en 5E in Kosovska Mitrovica en de bijna inzet aldaar van een tweede peloton, onze succesvolle steunverlening aan C-MNB(E) en het schieten met onze Russische collega’s.

Het einde kwam eerder dan verwacht i.v.m. de verplichtingen van ons bataljon aan SFOR 10 om die reden stonden we op een mei weer onder bevel van het Geniehulpbataljon en roteerde de A-Tijgercompagnie op achttien mei.

Als commandant van de A-Tijgercompagnie ben ik er trots op dat ik aan deze professionele eenheid leiding heb mogen geven. De saamhorigheid was groot en we hebben veel plezier gehad. Ik wil eenieder dan ook bedanken voor zijn professionele inzet en veel succes en geluk toewensen voor de toekomst.

Commandant A-Tijgercompagnie GFPI

Kaspers

Majoor der Fuseliers


De Commandogroep

Compagnies commandant                                      Majoor Kaspers

Plaatsvervangend compagnies commandant       Kapitein de Boer

Compagnies adjudant                                             Aooi Fridael

Sergeant operatien/verbindingen                          Sgt1 Lambriks

Chauffeur CC                                                            Fus1 Kloters

Boordschutter CC                                                    Fus1 Koster

Chauffeur PLV CC                                                    Kpl1 De Cuba

Boordschutter PLV CC                                             Fus1 de Jong

Chauffeur CA                                                           Fus1 Groeneweg

De werkzaamheden tijdens deze missie waren toch wel enigszins anders dan in Oirschot. De CC was hoofdzakelijk bezig met de operatie (planning, bijwonen van vergaderingen etc.) en deed de personeelszaken van de Tijger-cie De Plv CC was verantwoordelijk voor de dagelijkse operationele werkzaamheden, daarvoor was hij regelmatig op pad om samen met INTELL gegevens te verzamelen in onze AOR. Ook was hij verantwoordelijk voor de deployment en redeployment van de Tijger-cie.

De CA is in Oirschot maar ook hier “moeder” van de compagnie. Hij zorgt er daarbij voor dat de inwendige dienst op rolletjes loopt.
 De sgt operation ondersteunde de “gouden driehoek” daar waar nodig, was pc van het stafpeloton en droeg zorg voor de verbindingen binnen de compagnie.

De chauffeurs en boordschutters binnen de COGP waren multifunctioneel inzetbaar en hielden zich dan ook met verschillende zaken bezig. Zoals het operationeel houden van de compagniesbar, het uitzoeken en sorteren van de post, het uitvoeren van OPS diensten en natuurlijk chauffeuren van de “goeden driehoek”.

Verder waren de faciliteiten op “Canauba Hill” uitstekend. We hadden een gezellige onderdeelsbar “Club Romeo” genaamd. In deze bar stond een tafelvoetbalspel waar de CA door al menig Fuselier letterlijk onder de tafel werd gespeeld. De bar was een belangrijke plek, hier konden de Fuseliers bij terugkomst uit de AOR even lekker ontspannen en hun natje en droogje halen. De bar was nodig om op te laden voordat de Fuseliers het gebied weer ingingen. Belangrijk werk dus voor de “staf Fuseliers”.

Onze inzet in MNB(E) was een mooie afsluiting van onze uitzending. Enkele Fuseliers van de staf zijn met verschillende patrouilles mee geweest en hebben zelfs een operationele inzet met een “Black Hawk” ondergaan.
 Al met al was er een plezierige werksfeer binnen de COGP en hebben we een goede tijd gehad in Kosovo.

De IOT groep

Na veel geharrewar met personeel was het dan eindelijk zover, we konden op uitzending. Ons samengeraapt zooitje bestond uit 3 man van de A-cie, te weten; de Sgt. De Weert, de Sld1 Hurkmans en onze laatste aanwinst, de Sld1 Boerrigter. Voor de rest nog 2x chauffeur van 430 zau cie; de Kpl. El Badaoui en de Sld1 Pauw en onze aardbei van Lumbl; de Sgt Zeilstra. 

Onze taakstelling was nog niet geheel duidelijk, zouden we nu wel of niet onder de BHP gaan vallen en zo niet wat gingen we dan wel doen? Na aankomst bleek dat we gewoon bij onze eigen compagnie zouden blijven en dat wij hun GNK gingen ondersteunen in onze eigen AOR. Veel gewonden hebben we niet gehad (gelukkig), dus besloot de Sgt Zeilstra om ons wat werk te verschaffen: bij het markeren van een helilanding site reed hij ongelukkigerwijs van de berg af, wat hem een enkele reis NL opleverde.

Gelukkig bleek het daar niet zo ernstig te zijn als ze in eerste instantie dachten. 1x zau en 1x Sgt minder en heel veel wisselschema’s met de BHP later, hebben we onze taak voortgezet. Vooral de bezoekjes aan Sierra en dan met name Babushka, de samenwerking met HQ UNMIK (Slack en Harry) en de mooie natuur zullen ons bij blijven. Na ons verlof hebben we ons- gebied overgedragen aan de Duitsers en zijn we ons gaan voorbereiden op een inzet in MNB-E. Hier hebben we ons uitstekend weten te vermaken; de ritjes met de EOD, de contacten met het medivac personeel op Bondsteel, de samenwerking met de Amerikanen, en dan vooral Dr. Buckley waren leerzaam en gezellig. Ook de Buckler-reclames samen met Capt. Sullivan vielen bij de Amerikanen en de Nederlanders goed in de smaak. Het was al met al een echte internationale inzet, aangezien we ook nog vier Duitse collega’s bij hadden en nog ervaringen hebben uitgewisseld met Zweedse collega’s en het Zwitserse rode kruis.

De 10 dagen waren veel te snel om, maar we moesten weer terug naar Prizren. Daar zijn we de boel gaan afbreken en na een geslaagd Bataljonsfeest en een nog geslaagder compagniesfeest zijn we weer klaar om terug naar Nederland te gaan. Het is weer mooi geweest.

Jeanette, Twan, Berber, Najib, Vincent, (en voor deze) Jasper

Verzorgingsgroep

Eindelijk was het dan zover, na een toch wel drukke periode te hebben gehad konden we nu dan echt vertrekken. Na een korte kennismaking met onze collega van 11 Lumblbrig en het overnemen van alle materialen konden we al snel operationeel aan de slag. De eerste periode was behoorlijk aanpoten met zijn drieën, maar het liep allemaal wel. Al snel sloeg het noodlot toe en hadden we een zieke en dus een chauffeur minder en was het weer aanmodderen en nu maar met zijn tweeën.

Maar na gelang de uitzending vorderde en we er een parttime chauffeur bij kregen werd het dus minder druk. Ondanks de winterse weersomstandigheden bleef de schade redelijk beperkt tot een aanrijding tegen een baileybrug, een personenauto, een scheve bumper en veel viertonner spiegels. Gelukkig zijn er geen gewonden gevallen. Na het overdragen van onze eigen AOR zijn we nog steun gaan leveren in MNB-E voor tien dagen wat een hele leuke en relaxte ervaring was voor de D-groep.

Maar wat iedereen van onze groep opviel is dat de natuur zo ontzettend mooi is en het daarom zo zonde is dat de mensen hier alleen maar ruzie maken en dus niet kunnen genieten van dit alles. Na vier en een halve maand die heel snel voorbij zijn gevlogen was het een hele leuke ervaring en bij deze wil ik mijn collega’s Kpl1 van Engelen, Sld1 Ris en Kpl1 Yalcin bedanken voor hun inzet.

Ons motto is:    niet zeiken maar lachen

Onderhoud/Diagnosegroep

We hebben een mooie uitzending gehad. De diagnosegroep is in verband met vacatures tijdens de uitzending aangevuld met extern personeel. De diagnosegroep bestond uit:

  • SMOD: Sm Limpens
  • SOD: Sgt1 Keek
  • KKW: Kpl1 Tholen
  • Berger: Kpl Nuiten
  • VBD: Kpl1 Yalcin

Het duurde in het begin lang voordat de reservedelen binnenkwamen. Dat leverde in het begin wat problemen op. Gelukkig hadden onze voorgangers voldoende werkvoorraad achtergelaten zodat we de langere looptijd konden overbruggen. De samenwerking met het bedrijfsbureau van het Hrstpel was uitstekend. En het tekort aan monteurs onderstel YPR in onze groep, werd dankzij de goede samenwerking met de YPR groep van het Hrstpel (onder leiding van Sgt1 Rozie) volledig opgevangen. Hierdoor is de inzetbaarheid van de YPR’s van de A-cie zeer hoog gebleven gedurende de gehele uitzending.

 

Groep 4A

Na een korte voorbereiding was het dan eindelijk zover. We gaan naar Kosovo met onze A-cie 17 PiB. De Alfa groep bestaat uit negen personen: sgt Hogenslag, kpl Wittkampf, kpl Boselie, fus1 Hermann, fus1 Wiesenfeld, fus1 Boekhorst, fus1 Smit en fus1 Ramakers. ledereen had goede zin, maar wat ons te wachten stond was nog een open boek. Na het afscheid thuis was het dan zover. Vier januari landden we op Thessaloniki (Gr). Daar stonden bussen en viertonners gereed om ons middels een lange en vermoeiende reis naar Prizren te brengen.

Op Canauba Hill was er niet veel tijd om de tent in te richten en ons eigen hoekje te maken. We werden bijna direct ingezet als QRF, de luchtmobiele brigade was reeds naar Nederland aan het verplaatsen, dus alles kwam op onze schouders neer. Na een aantal dagen QRF werden we naar een Servisch klooster gestuurd. Het was even wennen in de nieuwe omgeving. Het klooster werd bewoond door vier Servisch orthodoxe monniken en het was al snel duidelijk dat ze niet erg blij met ons waren. We waren er net en we hadden de eerste middelvinger al gezien. Op de pelotonsbase lag een hoop sneeuw en ijs. Onderweg naar onze base gleden we met YPR en al een flink stuk naar beneden, het was ons al snel duidelijk dat het in Kosovo erg gevaarlijk kan zijn. Gelukkig liep alles goed af.

Onze eerste patrouille te voet was niet meteen de lichtste. Veel ijs en sneeuw deden ons regelmatig kennis maken met de harde Kosovaarse grond. We liepen naar het dorpje Struzj, wat negen kilometer de bergen in lag. Onze tolk liep met ons mee en had er duidelijk minder moeite mee dan wij.
In Struzj was het levensgevaarlijk, voor je het wist werd je geschept door een kind op slee of ski’s dat de helling kwam afsuizen. Sgt Hogenskag had een gesprek met de burgemeester wat onze eerste kennismaking was met de plaatselijke bevolking. Het was een zware maar leuke dag.

In het Servische dorpje Bogosevac waar we vaak zaten, woont een vrouwtje waar we altijd koffie moesten komen drinken. Er liepen een heleboel puppy’s rond. De puppy’s hielden ons gezelschap tijdens de lange wachten, dan voelde je je niet meer zo alleen. Maar de honden waren natuurlijk wel een gezondheidsrisico.
Samen met UNMIK (Slack en Harry, twee politieagenten waar we veel mee hebben samengewerkt) hebben we een hoop plunderaars aangehouden. Deze namen hout en spullen mee uit de verlaten huizen.
 En dan was er natuurlijk nog het dorpje Recane, waar een gezellig feest omsloeg naar een vechtpartij. Sgt Hogeslag en kpl Wittkampf hadden de handen vol aan een paar man die buiten de discotheek vrolijk verder wilden vechten.

We bleven op en neer rennen van opstootje naar opstootje. Rond halt twaalf werd het iets rustiger en konden we terugkeren naar de pelotonsbase. Spannend, maar het liefst liepen (of reden) we toch patrouilles.

We hebben eigenlijk weinig tijd doorgebracht op Canauba Hill. Het voordeel is wel weer dat we veel gezien en beleeft hebben. En omdat we niet de luxe van Canauba Hill hadden, zijn we die dingen thuis meer gaan waarderen.

Onze groep kan terugkijken op een leuke en nuttige uitzending, waarin we een goede samenwerking tot stand brachten.

Groep 4B

“De Perdotjes”

Drie januari 2000 kwam er een noodroep uit KOSOVO dat de A cie het toch echt niet trok zonder z’n eigen SMAT team (SMAT staat voor special moves and tactics). Omdat de 4B groep de best opgeleide groep van de NAVO is zijn ze dus maar in de richting gegaan met als samenstelling:

Groepscommandant:           Sgt ” the DIGGER” stuurman

Plv Groepscommandant:     Combat life foef, “ik heb een HONDE…” Vissers

MAG schutter:                     “the SKULL” van Hemert

MAG buddy :                        “junkyard DOG” Heesters

MAG schutter :                    “RANGER BOB” Greveling

MAG buddy :                        SWINGING “The black URU” Maatsen

DRAGON schutter:             “de apotheker” van DIJK

Chauffeur:                           “weight gainer” Wolfs

Schutter:                             “The speedroadster” Nieuwlaat

Een veel beproefd gezelschap dat ook in KOSOVO z’n sporen zou gaan achterlaten.

De uitzending heeft zich gekenmerkt met voor en tegenslagen zoals de tijdelijke vermissing van de DIGGER en het vertrek van de BLACK URU omdat ze het weer niet alleen konden oplossen op het CMH.

Ondanks dat heeft de groep vier maanden ervoor gezorgd dat het in heel de Balkan rustig was door de angst die ze inboezemde bij alle vermoedelijke boefjes en kornuiten.
De uitzending bestond uit het opleiden van Russische militairen in het schieten van elke bij de NAVO bekende wapens, het rijden van bereden patrouilles zodat de burgers in het land eindelijk weer vertrouwen konden hebben in militairen in het algemeen en het veelvuldig inlichtingen verzamelen. MOPen en MCPen, het leren van de skills en drills aan het Amerikaanse leger en het straatvegen in BOG( )SEVAC.

Al met al moge het duidelijk zijn dat wederom de wereldvrede gered is door deze bescheiden groep.
De mooie verhalen die wij hier zouden kunnen opschrijven komen er niet want anders hebben de kerels niets stoers meer te vertellen in de disco.

Wat zijn de symptomen die u kunt tegenkomen als u een van deze mannen bij u in de buurt aantreft:

  • De eeuwige vraag naar een blikje CAPPY;
  • Klaaggezang over een verloren liefde met de naam BABUSHKA;
  • Sommige kunnen niet zonder FITNESS pepmiddelen. (De APOTHEKER en Mr. WEIGHT GAINER);
  • De heerlijke achtergrond muziek van een allang vernielt SRPSKI klooster;
  • En niet te vergeten het laten van de occasionele PERDOTJE.

Groep 4E

Voor een gelegenheidsgroep in een “vreemd peloton” kunnen wij terugkijken op een geslaagde uitzending. Het vele strategische werk werd niet door iedereen als opwindend ervaren, maar we hebben er met z’n allen het beste van gemaakt. De uitzending was niet zo spannend als we in Nederland dachten. Wel hebben we een hoop leuke herinneringen. Koffie c.q. slibo-bezoekjes bij Babuska, vrijende stelletjes het klooster en natuurlijk het tiendaagse bezoek aan de Amerikanen. Vooral dit laatste was erg leuk door de helikoptervlucht. Al met al is de uitzending voor ons allemaal een nieuwe ervaring. Een die voor enkele onder ons voor herhaling vatbaar is.

Groep 4E bestaat uit: Fus1: Sytsma Fus1: Fieke Fus1: van Anrooy Fus1: Dorant Fus1: Bots Fus1: Weistra Fus1: Stolp Kpl1: de Groot Sgt1: Timmers

Groep 4R

Op drie januari 2000 vertrok ons vliegtuig naar Thessaloniki (GR) om ons van daaruit met de bus naar Prizren, ons “thuis” voor de komende periode te vervoeren. Canauba Hill was een mooi kamp, maar veel tijd zouden we daar niet doorbrengen. We hadden een druk schema met de drie buitenposten, Kilo, Sierra en Hedel die 24 uur per dag bemand diende te zijn. Van daaruit liepen we patrouilles en stonden we op wacht. Eenmaal terug op de base hadden we het naast de verdiende rust ook de QRF-taak erbij. Bij deze dienst werden we voor alle hand en span diensten ingezet.

Tijdens een van onze QRF-diensten werden wij ingezet als beveiliging van de Minister van Defensie. De avond voor het bezoek hebben we een briefing gehad, de volgende dag vroeg uit de veren. Onder begeleiding van de KMAR zijn we naar vliegstrip Banja verplaatst. Na een lange rit kwamen we aan op locatie. Fus1 Majers en Fus1 Verdonschot hadden de YPR in positie gezet en Fus1 Arets stond klaar om de helikopter binnen te loodsen. De overigen stonden in een cordon als beveiliging. Nadat de CH-53 geland was, kwam de minister de Grave naar buiten. Hier kreeg de M.V.D. een speech op de vliegstrip, waarna de minister de reis vervolgde.

Wij hadden even de tijd om te lunchen en de lokale bevolking van de helikopter weg te houden. Laat in de middag keerde de minister terug naar de vliegstrip, waarvan hij naar Sumatra base is gevlogen. Onze taak zat er weer op we zijn terug verplaatst naar de base en konden terugkijken op een geslaagde missie.

Groep 4R bestaat uit: Sgt Hattman, Kpl v.d. Berg, Fus1 Verdonschot, Fus1 Maljers, Fus1 Theuie, Fus1 Kouwenberg, Fus1 Ten Tije, Fus1 Arets en Fus1 v. Broekhoven.

Groep 5A

‘The true story”

Het waren vijf lange maanden, met z’n leuke en minder leuke momenten. Onze groep was zeker uniek, mede omdat we bekend stonden als een groep die beter 5-ECHOS had kunnen heten: de meesten van ons weten nog steeds niet waar de eetzaal te vinden is. Maar ook was het een hechte groep. Het liep allemaal als een ‘gefrituurde’ machine. Ook waren we de enige groep met een ‘bijzondere competitie’. Deze is glansrijk gewonnen door de groepscommandant (goed voorbeeld doet goed volgen!). De details van deze competitie zullen we u maar besparen. We hebben op de verschillende locaties (Kilo, Sierra, ECHOS) veel goede gesprekken gevoerd met de groep, het ging alleen wel altijd over hetzelfde onderwerp.

Al met al was het een leerzame ervaring, waar we als groep veel aan hebben gehad.

Groep 5A bestaat uit: Sgt ‘The ego has landed’ van Baar, Kpl ‘Blade’ Lasomer, Fus1 ‘Die Nase’ Cruiming, Fus1 ‘De gevulde’ van Ginkel, Fus1 ‘Strammer Max’ Kloosterman, Fus1 ‘De lip’ Juurlink, Fus1 Tito’ van der Pas, Fus1 ‘Bertje’ Polman en Fus1 ‘De pillendokter’ Janse.

Groep 5B

‘To Serve And Protect’

Onze club werd pas compleet vlak voor de eindoefening in de omgeving van het Oirschotse zand. De eind oefening liep gesmeerd en was onze club “READY TO RUMBLE”. (Onze club is een samenraapsel van verschillende INF-gp’n en onderdelen. Namelijk 6B, 6E en anti-tank (7R).) Dit maakte het er niet makkelijker op om een geoliede machine te worden. Maar dit doel is zeker gehaald!!
7 januari 2000 was het zover. Na een afscheidsfeestje op de RVS-kazerne (rotatie-3)’, waar het bier rijkelijk vloeide en kapsels aangepast werden op de uitzending. We vlogen vroeg die dag en hadden een lange reis voor de boeg. Eerst vlogen we naar Thessaloniki en van daar uit met bussen, via de NSE, verder naar Prizren. Hier kwamen we op 8 januari om + 05.00 uur aan en het was hier echt berenkoud (het vocht in je neus bevroor bij elke keer als je adem haalde). We kregen een aantal uur rust om daarna het vtg in orde te maken om een dag later het gebied in te gaan.

Aan gekomen in het gebied rond route Lion werden we gestationeerd op een pelotonsbase in het dorpje Sredsb waar vanuit de Infcie haar werkzaamheden doet. Hier hebben we bijna twee weken gezeten om daarna een paar dagen terug te gaan naar Canauba Hill voor een paar dagen rust en een QRF (Quick Reaction Force) dienst. Na deze rust gingen we weer het gebied in, dit werd de normale gang van zaken. We zijn nog een paar keer naar de schietbaan in Orahovac geweest, want ook de schietvaardigheid moet op peil gehouden worden. Dit was tot aan de knieën weg zakken in de modder maar wel leuk.

Halverwege februari 2000 kwam ons eerste verlof in zicht en daar waren we wel aan toe. Het verlof was even weg zijn uit de sleur en voor de carnavalsvierders helemaal oké!!
Terug van verlof en nog geen voet in de tent gezet al te horen krijgen: “Jullie gaan naar Mitrovica”. Dan heb je zo iets van: “had je niet even kunnen wachten om het te zeggen, dan hadden we ons even kunnen settelen.” Maar goed, we wisten dat het kon gebeuren, want we waren voor het verlof al KFOR-reserve.

Daar gingen we dan, zaterdag 11 maart 2000 om 04.45 uur, met de bus naar Kosovska Mitrovica. We kwamen daar op de geplande tijd aan en werden tijdelijk bij een batterijen fabriek gestationeerd om een dag later ingezet te worden op twee locaties ten zuiden van de stad (Albanees gedeelte).

We werden ingezet op een water zuiveringsbedrijf (Yankee) en een water oppompbedrijf (Whisky).

We zaten met drie groepen op die twee locaties en het was best vermoeiend, gemiddeld vier uur slaap per dag.
Vrijdag de 17e (hoe toepasselijk!!) kwamen we bijna uitgeput terug op Canauba Hill. Maar na wat slaap waren we weer klaar om terug te keren in ons eigen werkgebied.

Na een paar weken werk in onze “eigen” ZUPA-area werden we op 14 april door onze Duitse kameraden afgelost. Eindelijk! Echter we werden door onze Amerikaanse vrienden in MNB-E uitgenodigd om onze geweldige werkwijze daar te komen demonstreren. Negen dagen lang hebben we daar een partij intell verzameld wat de Yankees in vier maanden nog niet was gelukt. Zo houdt een klein land zichzelf groot. Wel was het weer opvallend dat van alle sectoren wij de grootste en modderigste hadden. Maar gelukkig voor onze dikke AT’er was er een 24 uurs keuken met alleen VET en een klein beetje gezond. Maar met een fitness kuur komt alles in de hand.

Wel verschrikkelijk veel lol en extra PGU gehad op kamp Monteith. 27 april weer terug op ons geliefd Canauba Hill en aanvang onderhoud. Als je vier maanden je materiaal in topconditie houdt stelt dit natuurlijk niets voor en het is zo gebeurd, ideaal voor het bruiningsschema!!

De rest is nu nog toekomst, wel weten we: 17 mei Skopje en 18 mei back home.

Conclusie: Een ervaring om nooit te vergeten.

Groep 5B bestaat uit: Sgt Joosten (Gpc) + (6B), Kpl Sijbers (Plv-gpc) + (6B), Fus1 Van de Heuvel (CF) + (6B), Fus1 Verheijen (BS) + (6B), Fus1 Couturier (Sch It mitt 1) + (7R), Fus1 El Emrani (Hip It mtr 1) + (6E), Fus1 Zwart (Sch It mitr 2 + BS) + (6E), Fus1 Urselmann (Hip It mitr 2) + (6B) en Fus1 Van de Peppel (DR + CLS) + (6B)

Groep 5C

“Charly’s Angels”

Eind oktober ’99 werd na wekenlange geruchten officieel bekend gemaakt: onze compagnie zou de infanteriecompagnie voor 1(NL)Geniehulpbataljon KFOR 2 worden.

Bij formering van de pelotons werd een extra (vijfde) groep aan het tweede peloton toegevoegd: 5C (lees: Charly Groep). Een bonte mengeling personen van verschillende komaf, met verschillende interesses, karakters, sterktes en zwakheden. De enige overeenkomst tussen de groepsleden was vaak: het militair zijn. Het is dan ook wonderbaarlijk hoe goed de sfeer tussen de groepsleden (bijna) de hele uitzending is geweest, met als belangrijkste bindmiddel de humor. Hoe ellendig de omstandigheden soms ook waren, we hebben heel wat afgelachen met z’n allen, en eigenlijk mochten we niet klagen (dat mocht dan niet…).

Waar het werk (wachtlopen op “H”, “S” en “K”, en patrouilles in onze AOR) soms behoorlijk zaaddodend kon zijn, en de omstandigheden waarin we dat moesten doen door landschap, klimaat en uit het belang van de “uitstraling” opgelegde operationele beperkingen vaak extreem lastig, bleef de groep professioneel haar taken uitvoeren. Mede gesteund door de gedachte aan ons vorstelijke salaris veranderde elke ochtend in een glorieuze dag voor Hare Majesteit, een dag waarin wij trots ons nobele beroep uitoefenden (en mochten wij dit vergeten werd ons dit elke ochtend opnieuw door Kpl Wolf duidelijk gemaakt…).

Naast incasseringsvermogen werd er van ons ook een meer dan gemiddelde flexibiliteit gevraagd. Zo werden we vanuit de Hercules die ons terugbracht van verlof direct (met de rest van het organieke derde peloton) naar Kosovska Mitrovica afgemarcheerd, op dat moment een van ‘s werelds brandhaarden. Door de positie van onze base (“Y”, een waterzuiveringsinstallatie randje stad) kregen we van de gevechten in de stad niet zo heel veel mee. De patrouilles in de stad waren wel iets anders dan we gewend waren uit onze “eigen” AOR, zo namen we rijdend de bevelsuitgiftes ook de contactdrills en de geweldinstructie door, en liep iedereen iets “spichtiger” dan normaal.

Over het algemeen was de plaatselijke bevolking echter allang blij dat we geen Fransen of Russen waren, zodat de door ons verwachte hel zich beperkte tot een onfatsoenlijk hoge werkdruk, extreem korte rusttijden en een koude, donkere tent. Voor Finke en Vondermans een geslaagde eerste oefening met het derde, maar de rest van de groep was na deze opdracht haar “ei” ook behoorlijk kwijt…

Na de op Mitrovica volgende “vaste prik” in “The Mouth of Lumbardhi” (het enige “spannende” dat hier nog gebeurde was het herhaaldelijk afgaan van een struikeldraad op “K”) kregen we met de compagnie de opdracht de Amerikanen in MNB-East te gaan versterken, voor de C-gp het derde inzetgebied na MNB’s North en South. Leuk. Al met al kunnen we concluderen dat er over deze uitzending niet zo heel veel spectaculairs te vermelden valt, iets dat pleit voor de groep. Immers: door het consequente en professionele optreden werden grote fouten voorkomen, en omdat alle groepsleden zo goed door een deur konden bleef er ook in dat opzicht niets over om over te zeiken. Mede hierdoor kunnen we met een goed gevoel terugkijken op onze tijd in KOSOVO.

NIET VERGETEN: “O-O-Oaahhh” , “We zijn aan het verslappen…” ,”Makkelijke naam he…” “Trots!” ,”Weet je wel hoeveel vet er in die cornflakes zit?”, “Anti-troopers” “Hardlopers zijn doodlopers” , “Ik weiger een trekpop te zijn” “De oudjes doen het nog best” ,”Waar is je koord?”, “Het zijn er echt maar negen…”, “Bermudadriehoek”, “Kopkaas”, “Is er al post”, “Leest, pleur die telefoon uit!”, “Creatinepoepje”, “Stokmijn!”, “Verwolven”, “Merma!”. VERDER: Rode Kool, Rijst, Hachee, Spagetteria, Spoorten, Theedrinken

Groep 5C bestaat uit: Sgt Nieuwensteeg, Kpl Wolf, Fus1 vd Wel, Fus1 Watamaleo, Fus1 vd Leest, Fus1 Finke, Fus1 Vondermans, Fus1 Levels en Fus1 Jonathans.

Groep 5E

In het Oirschotse werd in oktober 1999 een club samengesteld die groep 5E zou gaan heten. Na de nodige voorbereiding zijn we naar Kosovo vertrokken. De uitzending heeft zijn “ups en downs” gehad. De “downs waren de altijd veeleisende huisbazen op Hedel en de altijd verplichte beveiligingsnummertjes op Kilo en Sierra, Gelukkig hebben we ook leuke momenten beleefd op deze locaties. Zo vergeet niemand de koffie van Babushka, het tijdstip vijf uur op Kilo en Gornje Selo staat voor sommige van ons voor altijd in het geheugen gebrand. Ook de namen Slack, T.K. en Mr Ramandani blijven smaakmakers van de uitzending. Groep 5E bedankt voor alles!

5E Woordenlijst. Boeien!, Chappie/Sjappie, Kots, Slappuh!?!, Blub Blub, Phoe..ee, Firestarter, “Dat zal je wel verdiend hebben.”, :’O ja,… maakt mij niet uit.”

Groep 5R

“Koningsgroep”

De groep was een hele hechte groep tijdens de uitzending. Gedurende de vier en een halve maand zijn er een aantal leuke momenten voorgevallen zoals, het bijvullen van de OPS door de Fus1 Schuurs. Waarbij de diesel niet in de dieseltank maar in de antenne gaten werd gegoten. Een ander geval was dat onze boordschutter de helaas gerepatrieerde Fus1 Conjour, die de concertina van het voertuig haalden met zijn blote handen gevolg allebei zijn handen vol met sneeën. En natuurlijk onze Gran Turismo coureur sgt “kopke” van der hoofd die alle bermen van dichtbij heeft gezien. Een andere (niet zo’n mooie) gebeurtenis was dat het eerste ongeval van het GHB op naam van onze chauffeur de Fus1 Huysmans staat, gelukkig alleen blikschade.

Onze uitzending had eigenlijk maar een negatieve gebeurtenis en dat was namelijk het uitvallen van onze boordschutter de Fus1 Conjour, door een blessure aan zijn knie. Waardoor hij na al een maand naar huis moest, maar zijn taak is goed overgenomen door de fus1 Koster. Al met al hebben we elkaar een hele leuke en gezellige uitzending bezorgd!

Groep 5R die bestaat uit: Sgt “kopke” van der Hoofd, Kpl Scheffer, Fus1 Perdigoa, Kpl van Ginkel, Fus1 Schuurs, Fus1 “taktak” Soutzen, Fus1 Janssen, Fus1 Huysmans, Fus1 “schele bassie” Koster en “voor een maand” Fus1 Conjour

De PC-en en OPC-en

De A-Tijgercompagnie telde voor deze uitzending twee PC / OPC-koppels, namelijk: 1e PEL: PC Elnt Breteler (“vier”), OPC SMI van den Berg (“vier eggo”), 2e PEL: PC Elnt Du Pree (“ehvijfehromeo”), OPC SMI Groenen (“zes, herstel, vijf eggo”).

Omdat de negen groepen voor het grootste deel van de uitzending in een roulatieschema gedraaid hebben, was er van pelotonsoptreden niet echt sprake. De PC’n en OPC’n rouleerden ook en vormden steeds in koppels de uitvoerend gebiedscommandant en plaatsvervanger op de patrouillebase Hedel, roepnaam Hotel. Dat koppel zorgde voor een patrouilleschema, de contacten en informatie-uitwisseling met Arvis Slack en Harry Nuernberger van UNMIK, de contacten met de NGO’s, het schema en de centen van Becks, onze tolk, gesprekken met “local spokesmen”, en natuurlijk de inwendige dienst op Het Hotel.

Een paar herinneringen: Paul die altijd zelf zijn koffie moest zetten, Loet die over de radio zijn beklag deed over zaken die weer niet geregeld dreigden te zijn, Ferry met zijn Utrechtblikje, Tjard die nooit stopte met eten, Arvis en Harry die samen naar “Saving Private Ryan” zitten te kijken met Hollandse koffie.

Het koppel dat op Canauba Hill zat regelde de lopende zaken daar, zoals: de altijd ingeplande schietdagen (Modder!!), het IVP met alle sollicitaties, algemene personeelszaken, en alles wat niet vanaf Hedel geregeld kon worden.

Van koppels was alleen sprake als Ferry niet was snowboarden, Tjard niet was stappen, Loet zijn zoon niet was aanmoedigen met voetbal, en Paul niet op Korenmarkt zat, met andere woorden, als er niemand op verlof was.

Dat verlof had bijvoorbeeld als gevolg dat PC 1 en OPC 2 met drie willekeurige groepen (het “oude” 3e??) voor anderhalve week Kosovska Mitrovica tot een Safe Haven gemaakt hebben. Opnieuw een paar herinneringen: een locatie op z’n “Zuid-Europees” overnemen, patrouilles door de stad met alle huwelijksaanzoeken, geen Check Point, toch een Check Point, Whiskey, Yankee, natuurlijk Der Spiess met zijn voortreffelijke bevo, de goede samenwerking met de Duitsers in het algemeen, het kerosine-aroma in de kadertent, alle bezoekers en VIP’s, de fantastische tijd die we daar gehad hebben.

Wat me het beste bij is gebleven is de inzet en de motivatie waarmee iedereen 24 uur per dag keihard gewerkt heeft. Bedankt voor de fantastische tijd daar!!

Een ander markant punt was het opleveren en overdragen van AOR LION met Hedel, Kilo en Sierra aan de Duits collega’s. Paul, alle Groepscommandanten en ik hebben een dikke week lang voor reisleider gespeeld en onze opvolgers door de hele AOR LION gesleurd. Dankzij de uitgebreide kennis van de Engelse taal van onze Duitse vrienden waren we ook genoodzaakt om alles in ons beste Germaans te vertellen. Ook dat was druk, maar erg gezellig en leerzaam.

De enige keer deze uitzending dat we wel als pelotons hebben opgetreden was in MNB-East, bij onze Amerikaans collega’s. Dat was weer als vanouds, elk peloton had een eigen pelotonsvak met behoorlijke vrijheid van handelen. Alle Groepscommandanten hebben zich negen dagen uit kunnen leven in hun eigen groepsvak, al dan niet gecombineerd met Check Points en Observation Posts. Dit bevorderde de slijtage aan de MB’s aanzienlijk, maar ook daar hebben we een buitengewoon professioneel stuk werk verricht.

De groepen willen we met name een zeer groot compliment geven. De werkdruk en flexibiliteit die van jullie we den gevraagd zijn erg hoog geweest. Hoe vaak moesten jullie niet jullie spullen in- en uitpakken om van locatie veranderen. Van de monniken naar ‘Babushka’ naar ‘Hedel’ in willekeurige volgorde. Klokrond optreden, MCP/TCP/CP/ “Harte Faust”, OP’s, bereden-/voet- en s’ winters de glijpatrouille. Na een kleine week werken stond op ‘Canauba’ de volgende verrassing alweer te wachten: QRF, maar dan was uiteindelijk de langverwachte ‘zondag’ aangekomen.

Soms niet eens op de dag des Heeren. Op deze sporadisch korte momenten konden jullie bewonderenswaardig jullie batterij weer opladen voor weer een volgende inzet. Dit bijna vier maanden lang. Gelukkig gaan we met zijn allen weer heelhuids terug naar Nederland waar we ons weer met onze om gezondheidsredenen vroegtijdig verlaten wapenbroeders kunnen verenigen.

Mannen, met een omvattend willen we deze uitzending afsluiten en jullie bedanken voor jullie geweldige inzet en motivatie, want zonder jullie hadden we nooit datgene bereikt wat we bereikt hebben.

TROTS

Foto’s van de Infanteriecompagnie: